Hoe is eigendom van data in de wet geregeld?
Het antwoord: dat is het niet.
In de wet is niet vastgelegd hoe het zit met eigendom van data. Je kunt alleen eigenaar zijn van tastbare zaken of rechten die een bepaalde waarde vertegenwoordigen en overdraagbaar zijn (de juridische uitdrukking is: vermogensrechten). Omdat data niet tastbaar is en makkelijk kan worden gekopieerd weten we nog niet goed hoe we het een plek moeten geven in ons rechtssysteem.
In juridische zin kun je dus niet spreken van eigendom op data. Maar in het gewone taalgebruik wordt dit wel vaak gedaan. Leveranciers zeggen bijvoorbeeld vaak over de data van hun zakelijke klanten dan hun klanten daar eigenaar van zijn. Daarmee wordt dan bedoeld dat de klant degene is die bepaalt wat er met de data gebeurt. Daar is niets mis mee want het maakt wel duidelijk dat de leverancier niet van plan is iets met de data te doen.
Als dit contractueel wordt vastgelegd is daarmee in ieder geval geregeld dat de leverancier niet zonder toestemming van de klant mag bepalen wat er met de data gebeurt. Deze mag de data bijvoorbeeld niet doorverkopen.
De klant kan dit vervolgens ook met eigen klanten afspreken. Bijvoorbeeld in de gebruiksvoorwaarden van een website, waar dan in staat wat de klant wel en niet met de data mag doen.
Soms kan de klant een beroep doen op een databankrecht. Daarmee kan de klant dan richting derden het gebruik van de data verbieden. Daarvoor gelden wel vrij strenge voorwaarden. In de rechtspraak blijkt dat het niet altijd makkelijk is om daar aan te voldoen. Zo kan er op data die wordt gecreëerd geen databankrecht rusten. Alleen als er substantieel is geïnvesteerd in het verkrijgen van de data en het maken van een databank, kan er een databankrecht ontstaan.
Data is geen rustig bezit. Als data belangrijk is voor een organisatie doet die organisatie er goed aan om duidelijke afspraken te maken met leveranciers en klanten en de data zoveel mogelijk technisch te beschermen.
Maak jouw eigen website met JouwWeb